In blok 1 heb ik artikelen gelezen over onzekerheid. In blok 2 heb ik ervoor gekozen om deze artikelen en de daarbij gegeven tips toe te passen. De artikelen gingen over het omgaan met onzekerheid, waar het vandaag komt en wat het gevolg is.
Uit het eerste artikel haalde ik niet echt tips, maar ik herkende wel dat ik behoefte had aan structuur. Dit pas ik sinds blok 2 ook toe, ik zet wekelijks een to-do lijstje in elkaar. Deze teken ik af wanneer ik dit heb afgerond. Uit het tweede artikel haalde ik ook weinig tips. Wel heb ik los gelaten dan ik geen constante ik ben. Heb geprobeerd minder onzeker te zijn over wie ik ben. Ik word minder onzeker over wie ik ben, maar ben nog wel onzeker. Hierdoor kan ik mijzelf wel meer openstellen. Meer kans op verandering, groei en experimenteren.
Het derde artikel was veel uitgebreider. Ze zeggen dat het oké is om onzeker te zijn. Onzekerheid hangt samen met angst, zelfvertrouwen en ervaringen. Wanneer je hebt ervaren iets te kunnen, ben je hier minder onzeker over. Zo vind ik het bijvoorbeeld heel eng om in het ‘gewichten’-gedeelte te komen van de sportschool. Nu ik daar klein begin en oefeningen doe die ik kan (wanneer het rustig is), voel ik mij al iets veiliger wanneer ik deze ruimte betreed. Ik had hier laatst ook een gesprek over met de sportinstructeur. Die raadde ook aan om de oefeningen klein uit te voeren, of deze gewichten mee te nemen naar een plek waar ik mij wel fijn voel. Wanneer dit veilig voelt, kan het ook makkelijker worden om het uit te voeren waar je je minder fijn voelt. Hierdoor werk je aan je zelfvertrouwen.
Ik probeer minder bevestiging te vragen, zodat ik mijn eigen kwaliteit niet vergeet. Ik heb enkele tips van de lijst toegepast. Ik heb me aan het punt gehouden “Probeer zo min mogelijk te bedenken wat een ander van je vindt.” Wanneer je dit eenmaal los kan laten, bespaard dat een hoop stress. Ook het puntje “Betrap jezelf erop als je negatieve gedachten hebt over wat iemand van je vindt. Vraag je af of het logisch is wat die persoon zegt of doet. Denk: het is jouw probleem dat je zo doet en niet mijn probleem.” In mijn nieuwe groepje viel dit goed toe te passen. Ik had er niks aan om negatief na te denken om deze leerlingen. Wanneer mensen boos werden, kon ik mij hier niet druk om maken. Dat is niet mijn probleem en ik zit er niet over in.
Ook het puntje “Probeer geen waarde te hechten aan wat anderen, die niet belangrijk voor jou zijn, tegen je zeggen. Mensen die jou kwetsen of onzeker maken, zijn het vaak niet waard om energie in te steken.” heb ik proberen toe te passen. Ik probeerde mij zoveel mogelijk niks aan te trekken van andere. Zo heb ik bijvoorbeeld contact met iemand afgesloten. Dit is natuurlijk erg jammer, maar het is wel beter voor mij. De andere tips wil ik bewaren voor blok 3.
Reactie plaatsen
Reacties